In de langlopende strijd tussen de SEC en Ripple claimt de maker van XRP token weer een kleine overwinning. Kan het juridische team achter Brad Garlinhouse een definitieve overwinning behalen?
Documenten uit 2018 kiezen de kant van Ripple
Het laatste nieuws over de zaak tussen Ripple en de SEC stelt Ripple opnieuw in een goed daglicht. Vertegenwoordigers van Ripple willen al lang weten of de XRP token volgens de Amerikaanse wet als een effect behandeld kan worden. Om wettelijk als een effect te worden aangemerkt, moet aan een aantal aanvullende regels worden voldaan.
Garlinghouse wilde dit vermijden door een product te maken dat in de eerste plaats gewijd is aan blockchain technologie en bankbehoeften. Daartoe werden talrijke stukken juridisch advies ingewonnen. Eén daarvan, in de vorm van een 49 pagina’s tellend document, werd voorgesteld door Perkins Coie. Het document vond op 26 maart 2018 zijn weg naar het bureau van William Hinman, die namens de SEC de directeur is van de Division of Corporation Finance. Zijn taak bij de SEC is ervoor te zorgen dat beleggers toegang hebben tot betrouwbare informatie om weloverwogen beslissingen te kunnen nemen, en tevens te helpen bij de interpretatie van vaak ingewikkelde regelgeving.
Een uittreksel uit een brief die Hinman destijds ontving bevat het volgende:
“Een token op zich is nooit een investeringscontract […] Een investeringscontract ontstaat door te begrijpen hoe een token zal worden omgezet in iets van bruikbare waarde.”
Deze brief werd duidelijk juridisch advies aan de Commissie. Bovendien werd ze geschreven 3 maanden vóór Hinman’s toespraak waarin hij verklaarde dat zowel Bitcoin als Ethereum geen effecten zijn.
Hinam’s commentaar kwam ook later, ondersteund in een brief uit 2019 aan Congreslid Ted Budd waarin SEC voorzitter Jay Clayton een soortgelijk standpunt schetst.
De SEC geeft niet op
Het lijkt erop dat deze informatie in kannen en kruiken is. Wat blijkt, voor de SEC komen ze niet in aanmerking als onderhandelingstroef voor Ripple. De SEC erkent dat deze meningen niet die van de SEC zijn, maar de persoonlijke waarnemingen van Hinman en Clayton, en niet de opvattingen van het agentschap weergeven.
De zaak blijft echter een zaak in ontwikkeling. Het eindoordeel over de gegrondheid van dit advies zal bij de rechter liggen.
